Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Haar [5]namen nu waren: [6]Ohola, de [7]grootste, en [8]Oholiba, haar zuster; en zij werden de [9]Mijne, en baarden zonen en dochteren; dit waren [10]haar namen: Samaria is Ohola, en Jeruzalem Oholiba. 5. Versta, figuurlijke namen. 6. Dat is, hunne tent, of tabernakel; alzo noemt God de tien stammen, en Samaria [hunne hoofdstad, Jes.7:9, gelijk volgt] omdat zij zich van Juda, Gods tempel en waren dienst hadden afgezonderd, en een godsdienst afzonderlijk op zichzelven aangesteld. Zie 1 Kon.12:16,28,29, enz. 7. Alzo worden de tien stammen genoemd vanwege hun macht en aanzien. 8. Dat is, mijne tent [is] in, of onder haar. Alzo noemt God Jeruzalem en Judea, omdat zijn tempel en godsdienst aldaar waren, die Hij zelf had verordineerd. 9. Of, waren mijne. Hebreeuws, Mij, dat is, Ik trouw deze, of had ze getrouwd, en een huwelijksverbond met haar gemaakt. Zie boven hfdst.16 vs.8,20; want deze namen geeft haar God van hetgeen onder het staande huwelijk gebeurd is. 10. Versta, eigenlijke en niet figuurlijke namen.